Sinds 1 september 2021 bevat het Nieuw Burgerlijk Wetboek bepalingen omtrent enerzijds, de afstanden van beplantingen ten aanzien van perceelsgrenzen en, anderzijds, overhangende takken en doorschietende wortels (zie artikel 3.1333 en 3.134 NBW). Deze bepalingen zijn ook van toepassing op het openbaar domeingoed “in de mate dat zulks aan de openbare bestemming van dat goed niet in de weg staat”.